Categories
Kijktip Wijntip

Wijn drinken in een wereld die ten onder gaat

Waarschuwing: spoilers!

Een apocalyptische serie waarin de mensheid grotendeels ten onder gaat aan de gevolgen van een parasitaire schimmel, die mensen in een soort zombies verandert – niet het genre waarin je aandacht voor lekker eten en goede wijn verwacht. Normaal ben ik geen fan van het zombie-gebeuren; series als The Walking Dead kan ik prima links laten liggen zonder het gevoel te krijgen dat ik iets heb gemist. The Last of Us breekt echter zodanig met de conventies dat ik om ben. Vooral de derde aflevering is een pareltje.

Te midden van het ineenstorten van de menselijke beschaving in 2003 weet de libertaire Bill zich staande te houden, nadat zijn dorpsgenoten door de autoriteiten zijn verdreven. Hij omheint de omgeving van zijn huis en weet in zijn eigen onderhoud te voorzien – volstrekt alleen, maar veilig en gezond. Na vier jaar zonder menselijk contact ontmoet hij Frank, die in een valkuil net buiten de omheining is gelopen. Met de grootste moeite weet Frank Bill te overreden om hem onderdak en eten te geven.

Aan een onberispelijk gedekte tafel krijgt Frank vervolgens, voor het eerst in jaren fris gedoucht, een zelf gejaagd konijn geserveerd, vergezeld van een fles Beaujolais-Villages. Bill toont zich een wijnkenner, maar Frank heeft er duidelijk ook verstand van, want hij herkent gelijk de kwaliteit van de keuze. Bovendien bespeurt hij dat het onverwachte raffinement van de stugge en ruige Bill een diepere waarheid over hem blootlegt - de redneck-achtige buitenkant verbergt een sluimerende homoseksualiteit, die Frank naar buiten weet te brengen.

De twee ontwikkelen een relatie en houden zich ruim vijftien jaar staande in hun eigen mini-paradijs, tot ze gezamenlijk – Frank lichamelijk afgetakeld door een spierziekte – een einde maken aan hun leven. Een hoeveelheid pillen om een paard mee te doden doet het werk, weggespoeld met dezelfde wijn die ze dronken op de dag van hun ontmoeting. Prachtige symboliek en sterk geacteerd.

Maar los van de romantiek die de wijn vrij expliciet verbeeldt, staat de Beaujolais ook voor de overkoepelende vraag die de serie stelt: wat is er nog aan menselijkheid over, in een wereld waarin de mensheid vrijwel is uitgeroeid? De hoofdpersonen van de serie worstelen aflevering na aflevering met dilemma’s, waarop de keuzes die ze maken hen telkens verder van een zinvol en goed menselijk bestaan afdrijven. Kun je goed zijn in een inherent slechte wereld? Bill en Frank weten een bubbel te creëren die de apocalyps buitensluit. Daarbinnen kunnen ze genieten van zaken die in de rest van de wereld verloren zijn gegaan – schilderen, tuinieren, koken en goede wijn. Daarmee behoren ze tot de laatsten die hun menselijkheid weten te bewaren – ziehier een referentie naar de titel van de serie.

Wijn wordt vaak gezien als het hoogtepunt van menselijke beschaving en verfijning. Hier is het anders: het is een laatste strohalm, een bescheiden restant van wat nog over is gebleven. En bovendien eindig, want hoewel we zien dat Bill een goed gevulde kelder heeft, moeten we toch verwachten dat de voorraad op een gegeven moment op zal zijn. Gelukkig voor Bill en Frank kiezen ze ervoor uit het leven te stappen voor het zover is.

Ps. De keuze voor de Beaujolais-Villages bij een wild konijn is weloverwogen. Ik vrees echter dat jaren in de kelder deze wijn geen goed doen; hij is bij uitstek gemaakt om jong te drinken. De fles die Bill en Frank in hun laatste uren drinken, is bijna zeker bijzonder smerig geweest - zuur en wrang. Wat dat betreft had Bill beter wat zwaarder wild kunnen jagen en serveren met een kwaliteits-Rhone of -Piemonte. Maar in een zombie-serie kun je niet kieskeurig zijn.

Louis Jadot, Beaujolais-Villages, Beaujolais 2003.

Categories
Poëtische Proeverij Wijntip

De Poëtische Proeverij

Tijdens de Nacht van de Filosofie op 7 april hield ik samen met dichteres Lonneke van Heugten een Poëtische Proeverij. We experimenteerden met metaforen om wijn te beschrijven; wat gebeurt er als je de gebaande paden verlaat en wijn niet omschrijft in gebruikelijk wijnjargon, maar in termen van persoonlijkheid?  Lonneke schreef mee met de proefnotities van de deelnemers en verwerkte die tot twee gedichten.

Groep 1, 21.00 uur

Structureer de emoties, beleef de historie
Het aromatisch beleven van het leven is niet te vergeten kleur
geven
met mondgevoel
walsend lichtzuur prikkelend


Klopt het?
Vettig speeksel, niet blijven hangen in vanille zoethoudertjes
citroenschilderen we af als jonge frisse bloemengeur

Groene appels tegen stenig gips
Metalig strak, zeurderig tropisch een vleugje ananas-mango (had ik die Fisherman’s Friend nu maar niet in de mond genomen)

Het allerlekkerste is hoog scoren over de hele wereld verkopen
Het smaakpalet verschilt
Zijn onze verschillen afleesbaar of hebben we te ondiep in het glaasje gekeken om veel te weten? Is de Apollinische ratio fijn of biedt Dionysus meer jouw festijn?

Een volle vrouw in het publiek van het theater,
dame van middelbare leeftijd die zich op een prettige manier met je bemoeit
zomergejurkt in bloemenavond –  vriendelijk maar kan slecht met emoties omgaan

Ze doet je mond een beetje
samentrekken van zure nasmaak tegenover
Maxima-le uitgesprokenheid
uit Zuid Amerikaans land
De dames hebben duidelijk de overhand
Een oma, de bloei van haar leven ging zo uit het raam, zoet en avontuurlijk
Een andere oma, die bitter waarheid kraakhelder schenkt

Zachte straf
van Blijker’s geroosterde vette vis aan het strand
Ik tilde hem in mijn hand
de zeester
proefde geen tong
maar een prikkelende vriendin die je soms de keel uithangt

Sssst hoor je de ster
die de zee bezong?

Foto en Copyright ROGER CREMERS

Groep 2, 22.00 uur

Geen basis in de wijn
de chemie bestaat uit vluchtigheid zoals wij zijn bedenkers en bedenksels tegelijk
we zeggen we zijn woordelijk als een ongerijmd refrein
oh jee ik bazel door
door de wijn
wals me vrij


Droge ceder citroenschil gedroogd suikervrij of iets vervangends mineraal
zeeïg zilte steen
bittere perzikpit
steenfruit
Appelfris zuur gras
Pas gemaaid?
Nee halfdroog met je neus voorover erin
Het loopt breed uit
de hoogte in als een kommetje
of een Joker lach
(het was alcoholvrij)

Afdronken van passie
Vruchten als citrus
Gedronken vóór het gerecht
zuur en peperig, maar eensgezind soepel
drinkt het weg
Misschien zelfs een viooltje
De Griekse goden kijken op je neer, goedgezind

Wat als het geen persoon is? Schrijf het niet af, prijs het aan
Is het vluchtig contact of blijft het bestaan?
De verrassing komt eruit
zacht van karakter
een algemeen palet van vriendschap

Een witte muur
met daarvoor een groot Russisch schrijver
Letterlijk groot, veel haar, veel baard, baardaardig,
Tjechov, Kersentuin, Fedja van Huêt, Karl Marx
Hij was het!
Mineralig, kleiig, droog met een zoetje

Of toch de bakker van Madeleines in klein Frans dorp?
Lange tafels met toetjes onder amandelbloesem
Hier is de latex ver te zoeken
Eerder volle room en vanillegeur
geruststellend zacht als Maxima
moederlijke tegenhanger van Wim Lex

Klein dikkig Frans mannetje
chillend in de zon
Hij spreekt geen andere taal
De woordendans
onbewuste manipulatie van Adidas

Een opa, op de foto voor de oorlog
Een andere opa, in uniform
streng kijken zoals dat toen ging
maar ook aardig verantwoord

Een vrolijk dik mannetje op kantoor
Type bot en onaantrekkelijk
Acceptatie en genegenheid komen met de jaren
Bedaren, dat is de kunst

Een huisarts met louter professionele interesse
Je hebt er wat aan
Even, dan is het weg

Anders dan een warme vakantie bij grootouders in Frankrijk
Het leek zoet tot dromen verdrongen worden door de bittere werkelijkheid
van fietsen langs dor gras
met verzuurde spieren en sfeer

Categories
Het Filosofisch Diner

Mag verschil er zijn?

Lonneke van Heugten schreef live een poëtische reflectie tijdens Het Filosofisch Diner van 5 april

Top zwaar

Waarderen van verschil in opleidingsniveau
Waard & eren
Waar deren we ons aan in deze discussie?
Want was je van stand met weinig verstand, dan kon je lekker een kwartje blijven.

Nu loopt het uit de hand.
Het is druk aan de bovenkant.
Er ligt druk op schouders
en overbezorgde ouders, de maatschappij topzwaar,
straks vallen we om
De schoolbanken zitten vol en de kroegen zijn leeg
en wie rijk is op Insta, is toch echt niet dom?
Terwijl kansen in scholing voor iedereen stegen, is waardering van talenten lager gebleven.
Minderwaardigheidsgevoelens lopen hoog op en de zorg lijdt er onder.
Het verheffen, krampachtig nagestreefd, heeft bepaalde intelligentie uit beroepen gezeefd.

We geloven in gelijk en negeren verschil, het lijkt onverschillig,
maar het doet ons toch veel.

“Vind je papa en mama allebei even lief?”
Het kindje antwoord: “Anders-even.”

Wat is jouw niveau?
In het Duits, vertelde een vent,
is voor ‘denkniveau’
geen equivalent.

Wat is nodig, op welk moment:
intelligentie, vaardigheden?
Wat maakt intelligentie een bepalende kwaliteit in indeling van mensheid?
Het leek zo gelijkwaardig, zelfs zachtaardig,
want meten is weten
en als het objectief getest kan worden zal het wel iets betekenen?
Maar de betekenis van ‘hoog’ en ‘laag’ loopt spaak.
Want: bevlogenheid, nieuwsgierigheid, interesse, passie, ze zijn geen bevlieging! Minder meetbaar, maar zo veel meer raak.

Het waarderen van kúnnen in plaats van denken (ook het kunnen denken is een kunnen), heft dat disbalans op?
Mogen we onszelf dat gunnen?

De zuilen zijn verbrokkeld,
veel obstakels verwaaid,
doorstroming bestaat
en denken in kansen is opgelaaid
Maar wat is die stroom?
Wie sluit ons aan
op dit mensbeeld
Wie helpt ons weer uit de droom?

Want we stijgen op ladders
tot in bubbels van gelijkgestemden
We stijgen en stijgen extremer,
verschillen ons verder,
afgepeld tot mening en diploma en wat dies nog meer zij
Tot we het mede-menselijk zíj́n,
zijn verleerd.

Ach de schaarste lost het op!
De wet van de markt
De boer rijk
De academicus arm
Ik weet, het is veel diffuser maar dit heeft z’n charm
En straks als AI het voor het zeggen heeft,
spreken we voor onszelf niet meer, is het klaar met dat overgewaardeer,
komt de waarde niet uit opleidingsbeleggen,
maar uit menselijke nabijheid,
weer.

Categories
Het Filosofisch Diner

Vechten voor democratie

Waarom zouden we vechten voor democratie? Ewoud Kieft wist het antwoord wel, tijdens Het Filosofisch Diner waar deze vraag centraal stond. Omdat democratie de beste staatsvorm is, die tot nu toe is bedacht. Een staatsvorm die recht doet aan de veelvuldigheid van stemmen waaruit de samenleving bestaat. En waarin we het bovendien niet met elkaar eens zijn.

Maar Ewoud maakt zich zorgen over de democratie, zo geeft hij aan. Het vertrouwen in de democratie verdwijnt en als we zoeken naar wat democratisch is, wijzen we bij voorkeur naar haar tegendeel, alleenheersers of autocraten. Frappant genoeg zijn dat ook juist degenen die graag benadrukken dat ze democratisch aan de macht zijn gekomen. Van Bolsonaro en Trump tot Poetin en Xi Jinping: allemaal hebben ze lak aan de liberale democratie, maar wijzen er graag op dat zo een meerderheid van stemmen zijn verkozen.

Zo bezien is de democratie heeft de democratie toch een sterkere aantrekkingskracht dan we vaak denken, beredeneert Ewoud. Alleen doen de alleenheersers de democratie geen recht; ze ontkennen het pluralisme en houden graag vast aan een sprookje over een specifiek doel waarvoor hun volk is uitverkoren.

En juist daarom moeten we vechten voor democratie. Om te laten zien dat ze geen onbereikbare fantasie vertegenwoordigt, maar juist een hele tastbare realiteit. Waarin geen harmonie wordt nagestreefd, maar waarin conflict een plaats krijgt. Zodat vechten geen handgemeen is, maar een politieke strijd, die op lange termijn zou moeten leiden tot een vreedzame samenleving.

Categories
Column Leestip

De gedoemde schrijver Dahl

Er is de afgelopen dagen bijzonder veel geschreven over de aanpassingen aan de originele teksten van Roald Dahl. Valt daar nog iets aan toe te voegen? Toch maar een poging, want zoals Theo Maassen aan de Volkskrant schreef: “En de mensen die gekwetst zijn omdat honderden passages uit de boeken van Roald Dahl verwijderd en herschreven zijn, wat doen we daarmee?”

De heksen is een van de engste boeken die ik ooit heb gelezen. Ik lag er bang van in mijn bed op vakantie in Spanje, toen ik zeven was. Gelukkig wist ik dat het niet echt was, ondanks de grote moeite die het boek deed om me van het tegendeel te overtuigen. Roald Dahl schrijft boeken die je bijzonder sterk meeslepen; als lezer word je er helemaal in opgezogen. Kom je daar dan beschadigd en getraumatiseerd uit, na de gruwelen die de ‘pesterige’ schrijver over je heeft uitgestort? Ik geloof het niet.

Dahls grote kracht is namelijk dat hij zijn lezer vrijwel altijd meeneemt in het perspectief van de held van het verhaal. Lees zijn werk en je  gaat mee in de denkwereld van Matilda, Charlie en de naamloze jongen uit De heksen. Hoewel zijn boeken bevolkt worden door gemene, wrede en nare karakters in een vaak ronduit grimmige wereld, kijk je als lezer door de ogen van een personage dat daarmee weet om te gaan.

Daarmee toont Roald Dahl volgens mij aan dat hij zijn publiek serieus neemt; hij gaat ervan uit dat wie hem leest, inlevend is, gevoel voor humor heeft en het spannend vindt om uitgedaagd te worden. En juist omdat hij zijn lezer op waarde schat, zoekt hij diens grenzen graag op. Goed en kwaad zijn in schrille contrasten opgetekend bij Dahl, maar ze lopen wel in elkaar over. Matilda is nogal wreed, de jongen uit de heksen aardig wraakzuchtig. Juist dat draagt bij aan de identificatie die je als lezer ervaart – kinderen zijn namelijk geen zoete heiligen.

Dat weet Roald Dahl bijzonder goed. Hij biedt het volledige morele spectrum en laat de lezer zelf bepalen op welk vlak daarvan die zich meer thuis voelt. Ik ben zelf (hoop ik toch) geen wreed of wraakzuchtig persoon geworden, terwijl ik zijn boeken verslond. Dit in tegenstelling tot zijn Engelse uitgever, die verwacht dat de lezer niet in staat is een oordeel te vellen en bij het minste of geringste het boek vol walging aan de kant zal leggen. Frappant genoeg ontwikkelt deze soap zich zo tot een verhaal zoals Roald Dahl het zelf had kunnen schrijven, met een leger kleinzielige pennenlikkers tegenover de moedige geest van een schrijver die zijn werk probeert te verdedigen. Ik zie de tekeningen van Quentin Blake er al bij.

Categories
Het Filosofisch Diner

De bekering tot het inconsequentialisme

We zijn als mens geneigd tot hokjesdenken. Dat zal evolutionair bepaald zijn; om je staande te houden in een wereld vol gevaren is het handig om je omgeving te categoriseren. Je abstraheert van een concreet gevaar naar een aspect daarvan – een grommend geluid? Dat moet een roofdier zijn. Slim, maar het nadeel ervan is dat we zo van het hokjesdenken zijn gaan houden, dat we niet meer zonder lijken te kunnen.

En dat is lastig wanneer we denken over goed en fout of de zin van het leven. Millennia aan filosofisch denken tonen aan dat we nooit tot een systeem van denken kunnen komen dat het geheel van de werkelijkheid kan onderbrengen. Hetzelfde geldt overigens evengoed voor de exacte wetenschappen, waarin ook altijd een klein stukje ontsnapt aan wetten en categorieën.

Op zich is dat geen nieuws, maar filosoof Frank Meester besloot het tot uitgangspunt te nemen in een filosofie van het inconsequentialisme. Hoe deze nieuwe stroming in elkaar steekt, legde hij uit tijdens Het Filosofisch Diner. De belangrijkste vraag hiervan is: hoe leid ik een goed leven in de wetenschap dat het me nooit zal lukken een goed leven te leiden? Een interessant vraag en volgens Meester een die een heel pragmatisch antwoord verdient: gewoon door het te proberen.

Dat mensen trouwens toch wel behoefte hebben aan iets van een denkkader, bleek wel tijdens het diner. Dat we geen perfecte wezens zijn, daarin konden alle deelnemers wel meekomen. Maar om dat nou als uitgangspunt voor een filosofische theorie te nemen… De vraag rees of we onszelf daarmee niet te kort doen – en nog belangrijker, of er we ermee niet te makkelijk tot relativisme vervallen. Als niets ooit lukt, waarom het dan nog proberen? Velen durfden zich aan het einde van de avond dus wel een inconsequentialist te noemen, maar hoopten toch dat er meer was.

Categories
Het Filosofisch Diner

Eten in de geest van Arendt

Al sinds de eerste dagen van Het Filosofisch Diner voelde ik Hannah Arendt over mijn schouder meegluren. Politiek is volgens deze denkster bottom-up georganiseerd en begint met spreken en daarnaar handelen, in samenkomst met anderen. Zoals bij Het Filosofisch Diner in feite.

Het was dan ook prachtig om te zien hoe vorm en inhoud samenvielen tijdens de eerste editie van Het Filosofisch Diner van dit jaar. Arendt-kenner Veronica Vasterling zette enkele kernbegrippen uit haar repertoire uiteen en legde zo de basis voor een gedachtewisseling over vrijheid, macht, verschillende perspectieven en de staat van de democratie.

Dat aan dat laatste flink wat te verbeteren is, werd door alle aanwezigen beaamd, maar hóe Arendts denken daarin past, was nog een lastige vraag. Populistische rechtse partijen springen in het gat waar burgers de vrijheid missen om deel te nemen in politieke processen. Zo wordt er echter niets opgelost, want inspraak wordt ingeruild voor autoritaire macht.

Hoe organiseer je bottom-up politiek dan wel? Waar begin je met het herstellen van vertrouwen en het kweken van betrokkenheid? Die vragen stonden centraal, maar het was zoeken naar een antwoord. Hoewel ik om eerlijk te zijn vermoed dat Arendt hier goedkeurend zou knikken; het geopende gesprek was al een eerste stap in de goede richting.

Categories
Het Filosofisch Diner

De uitvinding van de Afrikaanse vrouw

In sciencefictionfilms vragen aliens die de aarde bezoeken vaak om de leider van de mensheid te spreken. In vrijwel alle gevallen is deze leider de president van de VS, die al dan niet expliciet, het mandaat heeft om namens de volledige wereld te spreken. We accepteren deze fictie omdat het fictie is.

Maar in het echt maken we in het westen dergelijke foute aannames ook aan de lopende band en wel op zo’n manier, dat de consequenties ervan bijna niet terug te draaien zijn. Op 7 december bespraken we tijdens Het Filosofisch Diner een van die aannames: dat de verhouding tussen man en vrouw in Afrika hetzelfde is als in Europa.

 

Kenner van Afrikaanse filosofie Renate Schepen liet zien hoe politiek in bijvoorbeeld Nigeria traditioneel was georganiseerd in termen van leeftijd en ervaring; aparte woorden voor man en vrouw bestaan in de taal daar niet eens. Ze liet bovendien zien hoe Westerse wetenschappers hun (onbewuste) vooroordelen meebrachten in hun onderzoek naar zo’n cultuur. Het gevolg ervan was dat de Westerse projectie daarvan de werkelijkheid ging vervangen. De Afrikaanse vrouw verdween uit de geschiedenis; zij kon in Europese ogen immers geen rol van belang daarin spelen. De Afrikaanse cultuur werd in de Westerse blik zo fictioneel als een sciencefictionfilm…

De vraag is natuurlijk welke lering je daaruit kunt trekken – los ervan dat het geen kwaad kan om je vooroordelen op te schorten. Er bleek een rol te liggen voor de taal, het loslaten van genderverschillen, maar enige tact met betrekking tot de eigen geschiedenis. Om te emanciperen moeten bestaande verschillen immers eerst erkend worden, voordat ze opgelost kunnen worden – een goede suggestie uit het publiek die me bij bleef, maar die tegelijk ook aantoont hoe lastig het is om diep verankerde denkbeelden te veranderen.

Categories
Het Filosofisch Diner

Wat is wildernis?

Vrijwel geen stukje groen van Nederland is nog ongecultiveerd. Ook de plekken waarvan we graag zeggen dat de natuur er zonder menselijk ingrijpen zijn gang laten gaan, worden eigenlijk minutieus beheerd op basis van vooropgesteld beleid over hoe wilde natuur eruit zou moeten zien. We houden onszelf eigenlijk een beetje voor de gek en het wordt tijd om daar eens mee op te houden.

Dat is de kern van waar het tijdens Het Filosofisch Diner op 2 november over ging. Botanisch filosoof Norbert Peeters ontmaskerde de liefhebber van de woeste natuur als een romantische idealist die de mens het liefst geheel wegcijfert uit de natuur – denk aan de vele prachtige natuurdocumentaires die er zijn, waarin nooit een menselijke hand te zien is, terwijl die toch zeer aanwezig is. Dus stelde hij de vraag: wat is nou een zinnig begrip van het woord ‘wildernis’?

Voer voor een goed gesprek over hoe de mens binnen de natuur staat en de vele, vele associaties die het wilde oproept tot de vraag of semantische haarkloverij onze relatie met de rest van de natuur überhaupt een stap verder helpt.

Typisch een avond die met meer vragen eindigt dan waar hij begon, maar die wel werd afgerond met een weelderige brownie, gedecoreerd met bloemen, en een ronduit wild stuk spoken word van woordkunstenaar Ike Krijnen, waarin het meest waanzinnige wild werd voorgeschoteld. Dan ogen de taferelen die David Attenborough becommentarieerd ineens een stuk lieflijker.

Categories
Het Filosofisch Diner

Surfen met Sartre

Maakt het existentialisme een voorzichtige comeback? We kauwden op die vraag tijdens een Filosofisch Diner waarin het denken van Sartre centraal stond. De Franse denker werd vanaf de jaren zestig afgeserveerd door postmoderne denkers, die vonden dat hij de mens teveel op een voetstuk plaatste, zo vertelde Sartre-kenner Simon Gusman. Dat terwijl het existentialisme juist tegenwoordig verhelderende inzichten kan bieden in hoe we ons verhouden tot de wereld.

Ons leven is tegenwoordig immers vergeven van keuzemogelijkheden. Het internet schotelt ons op dagelijkse basis een keuzemenu voor, waar we twintig jaar geleden alleen maar van hadden kunnen dromen. Dat zou leiden tot vervreemding; het gevoel je zelf te verliezen in een zee van opties. Juist op dit punt kunnen we volgens Gusman bij Sartre te rade gaan, want keuzevrijheid is een van de pijlers waarop zijn filosofie rust.

Gusmans pleidooi toonde aan dat het overgrote deel van de keuzes die je online hebt, triviaal zijn en in het niet vallen bij het grotere project van het vormen van een identiteit. Wie je bent, wordt niet bepaald door welke kleding je koopt, op welke advertenties je klikt en welke likes je uitdeelt. Precies andersom: binnen het overkoepelende project van jouw zelf, passen dergelijke keuzes.

Een geruststelling? Niet voor alle deelnemers; want algoritmes sorteren toch immers voor op keuzes? Ze bepalen wie je bent, op basis van wat je eerder koos en sturen je daarmee verder in een bepaalde richting, ongeacht of dat past bij wie je wilt zijn of bent. Lastig vaarwater, waarin de postmodernisten toch weer het hoofd om de hoek steken. Het existentialisme is bijzonder interessant, maar erg vatbaar voor kritiek.