Categories
Poëtische Proeverij

De Poëtische Proeverij

Tijdens de Wijsgerig Festival Drift hield ik samen met dichteres Lonneke van Heugten een nieuwe editie van De Poëtische Proeverij. We experimenteerden met metaforen om wijn te beschrijven; wat gebeurt er als je de gebaande paden verlaat en wijn niet omschrijft in gebruikelijk wijnjargon? Filosofisch festival Drift had als thema 'Here be dragons’. Onze poëtische proeverij nam deelnemers mee op onderzoek naar onbekende wateren - wijn in dit geval. Uit de twee proeven kwamen bevindingen over het ‘wezen’ van wijn en ook over de wezens die vertoeven in onszelf.

Beluister hieronder het gedicht ‘De kenner’ dat Apollonia al luisterend schreef:

Ps. Wil je ook een Poëtische Proeverij meemaken met een gezelschap? Lees er hier meer over.

Categories
Het Filosofisch Diner

Grenzeloze filosofie

In de jaren zestig hebben de filosofie en het denken in het algemeen een tik van de molen gekregen. Denkers als Derrida en Foucault hebben laten zien dat het formuleren van normen vooral een uitdrukking is van machtsverhoudingen. Wie binnen de norm valt, heeft de touwtjes in handen, wie erbuiten valt, niet. Dat heeft geleid tot golven van protest, de roep om emancipatie van minderheden en een groeiend verzet tegen macht en autoriteit over de hele breedte van het politieke spectrum - in een term samengevat: culture wars

Is het erg dat de filosofie gek is geworden, vroeg Gijs van Oenen zich vorige week af tijdens Het Filosofisch Diner. Dat niet, meende hij, maar je kunt je wel afvragen of de daaruit voortkomende strijd om emancipatie ooit tot een bevredigend en zinvol einde kan komen. Dat bleek een prikkelende stelling te zijn.

Volgens Van Oenen schuilt er een tragiek in het strijden tegen heersende normen, zoals dat tegenwoordig onder de noemer identiteitspolitiek zo sterk gebeurt. Het winnen van de strijd betekent tegelijk het wegvagen van de legitimiteit ervan - de kern van de strijd is immers niet het instellen van een nieuwe norm, het creëren van een dominante groep, maar het afzetten tegen de bestaande norm.

Het problematische van deze filosofie, bleek ook tijdens deze avond, is dat ze uiteindelijk altijd zichzelf als onderwerp neemt en zichzelf onderuit poogt te halen. Het ging tussen deelnemers over de vraag waar het verschil ligt tussen het persoonlijke en het politieke, tussen theorie en praktijk, en in het gesprek daarover werd juist de onvermijdelijke versmelting van die gebieden duidelijk. Filosofie (of was het dat wel?) op het scherpst van de snede. Dat het daarin lastig, zo niet onmogelijk, is om te zoeken naar gemeenschappelijke grond, biedt weinig hoop op een goed verloop van de culturele veldslagen.

Categories
Het Filosofisch Diner Leestip

Gijs van Oenen – Culturele veldslagen

Michel Foucault krijgt tegenwoordig vaak het verwijt de weg te hebben bereid voor de felle strijd tussen verschillende groepen aan beide zijden van het politieke spectrum. Zijn denken over macht en taal en zijn analyse van het onderscheid tussen normaliteit en waanzin, tussen het rationele en het irrationele, hebben het vooruitgangsdenken gesloopt en identiteit vervormd tot een construct van onderdrukte eigenschappen. Zo leest Susan Neiman het in elk geval in haar recente essay Left ≠ woke.

Het klopt inderdaad dat in de huidige clash tussen links en rechts in de strijd om erkenning en emancipatie van verschillende (al dan niet zelfbenoemde) minderheden weinig reden is om te hopen op enige toenadering. Maar Neiman doet de Franse filosoof wel tekort. Dat blijkt in het (net eerder verschenen) boek Culturele veldslagen. Daarin onderzoekt Gijs van Oenen de filosofische horizon waarbinnen we de hedendaagse identiteitspolitiek en de langer lopende ‘culture wars’ moeten plaatsen.

Hij herleidt die enerzijds inderdaad tot Foucault, maar eveneens tot Derrida en andere Franse (post)-structuralistische denkers, verzameld onder de noemer ‘Theorie’, die in de jaren zestig de filosofie binnenstebuiten keerden en de rol van taal als machtsinstrument blootlegden. Anderzijds graaft hij verder terug in de tijd: hij laat zien hoe de moderne notie van cultuur zijn oorsprong heeft in de periode rond de Eerste Wereldoorlog en de in die tijd ontwikkelde opvattingen over marxisme en de klassenmaatschappij.

Die twee belangrijke ontwikkelingen in het denken vormen een reactie op het wegvallen van de traditionele burgerlijke identiteit. Want wie en wat is de mens dan in de moderne maatschappij? Daarop kan niet langer een eenduidig antwoord bestaan. Dit leidt tot verschillende golven van emancipatie, maar ook tot getouwtrek tussen links en rechts over wie het recht van spreken heeft – waarbij beide kanten (onbedoeld) de afkeer delen van het zich als ideologisch neutraal en tolerant presenterende (neo)-liberalisme.

Taal en identiteit zijn tot wapen geworden, is de terechte conclusie van Van Oenen. Dat is reden tot zorg, omdat de identiteitspolitieke strijd op scherp staat zonder uitzicht op een staakt-het-vuren. Dat is echter geen reden om Foucault en zijn tijd- en landgenoten af te schrijven – zij dragen immers geen schuld. Sterker nog, in hun filosofie van deconstructie en verzet schuilt mogelijk een andere weg; niet vooruit, zoals Susan Neiman bepleit, maar wel naar andere maatschappelijke machtsverhoudingen. Zo onaantrekkelijk is dat toch niet?

Tijdens het eerstvolgende Filosofische Diner op 3 mei, heb je de kans om met Gijs van Oenen in gesprek te gaan over zijn boek.

Gijs van Oenen, Culturele veldslagen – Filosofie van de culture wars. Boom Filosofie.

Categories
Kijktip Wijntip

Wijn drinken in een wereld die ten onder gaat

Waarschuwing: spoilers!

Een apocalyptische serie waarin de mensheid grotendeels ten onder gaat aan de gevolgen van een parasitaire schimmel, die mensen in een soort zombies verandert – niet het genre waarin je aandacht voor lekker eten en goede wijn verwacht. Normaal ben ik geen fan van het zombie-gebeuren; series als The Walking Dead kan ik prima links laten liggen zonder het gevoel te krijgen dat ik iets heb gemist. The Last of Us breekt echter zodanig met de conventies dat ik om ben. Vooral de derde aflevering is een pareltje.

Te midden van het ineenstorten van de menselijke beschaving in 2003 weet de libertaire Bill zich staande te houden, nadat zijn dorpsgenoten door de autoriteiten zijn verdreven. Hij omheint de omgeving van zijn huis en weet in zijn eigen onderhoud te voorzien – volstrekt alleen, maar veilig en gezond. Na vier jaar zonder menselijk contact ontmoet hij Frank, die in een valkuil net buiten de omheining is gelopen. Met de grootste moeite weet Frank Bill te overreden om hem onderdak en eten te geven.

Aan een onberispelijk gedekte tafel krijgt Frank vervolgens, voor het eerst in jaren fris gedoucht, een zelf gejaagd konijn geserveerd, vergezeld van een fles Beaujolais-Villages. Bill toont zich een wijnkenner, maar Frank heeft er duidelijk ook verstand van, want hij herkent gelijk de kwaliteit van de keuze. Bovendien bespeurt hij dat het onverwachte raffinement van de stugge en ruige Bill een diepere waarheid over hem blootlegt - de redneck-achtige buitenkant verbergt een sluimerende homoseksualiteit, die Frank naar buiten weet te brengen.

De twee ontwikkelen een relatie en houden zich ruim vijftien jaar staande in hun eigen mini-paradijs, tot ze gezamenlijk – Frank lichamelijk afgetakeld door een spierziekte – een einde maken aan hun leven. Een hoeveelheid pillen om een paard mee te doden doet het werk, weggespoeld met dezelfde wijn die ze dronken op de dag van hun ontmoeting. Prachtige symboliek en sterk geacteerd.

Maar los van de romantiek die de wijn vrij expliciet verbeeldt, staat de Beaujolais ook voor de overkoepelende vraag die de serie stelt: wat is er nog aan menselijkheid over, in een wereld waarin de mensheid vrijwel is uitgeroeid? De hoofdpersonen van de serie worstelen aflevering na aflevering met dilemma’s, waarop de keuzes die ze maken hen telkens verder van een zinvol en goed menselijk bestaan afdrijven. Kun je goed zijn in een inherent slechte wereld? Bill en Frank weten een bubbel te creëren die de apocalyps buitensluit. Daarbinnen kunnen ze genieten van zaken die in de rest van de wereld verloren zijn gegaan – schilderen, tuinieren, koken en goede wijn. Daarmee behoren ze tot de laatsten die hun menselijkheid weten te bewaren – ziehier een referentie naar de titel van de serie.

Wijn wordt vaak gezien als het hoogtepunt van menselijke beschaving en verfijning. Hier is het anders: het is een laatste strohalm, een bescheiden restant van wat nog over is gebleven. En bovendien eindig, want hoewel we zien dat Bill een goed gevulde kelder heeft, moeten we toch verwachten dat de voorraad op een gegeven moment op zal zijn. Gelukkig voor Bill en Frank kiezen ze ervoor uit het leven te stappen voor het zover is.

Ps. De keuze voor de Beaujolais-Villages bij een wild konijn is weloverwogen. Ik vrees echter dat jaren in de kelder deze wijn geen goed doen; hij is bij uitstek gemaakt om jong te drinken. De fles die Bill en Frank in hun laatste uren drinken, is bijna zeker bijzonder smerig geweest - zuur en wrang. Wat dat betreft had Bill beter wat zwaarder wild kunnen jagen en serveren met een kwaliteits-Rhone of -Piemonte. Maar in een zombie-serie kun je niet kieskeurig zijn.

Louis Jadot, Beaujolais-Villages, Beaujolais 2003.

Categories
Poëtische Proeverij Wijntip

De Poëtische Proeverij

Tijdens de Nacht van de Filosofie op 7 april hield ik samen met dichteres Lonneke van Heugten een Poëtische Proeverij. We experimenteerden met metaforen om wijn te beschrijven; wat gebeurt er als je de gebaande paden verlaat en wijn niet omschrijft in gebruikelijk wijnjargon, maar in termen van persoonlijkheid?  Lonneke schreef mee met de proefnotities van de deelnemers en verwerkte die tot twee gedichten.

Groep 1, 21.00 uur

Structureer de emoties, beleef de historie
Het aromatisch beleven van het leven is niet te vergeten kleur
geven
met mondgevoel
walsend lichtzuur prikkelend


Klopt het?
Vettig speeksel, niet blijven hangen in vanille zoethoudertjes
citroenschilderen we af als jonge frisse bloemengeur

Groene appels tegen stenig gips
Metalig strak, zeurderig tropisch een vleugje ananas-mango (had ik die Fisherman’s Friend nu maar niet in de mond genomen)

Het allerlekkerste is hoog scoren over de hele wereld verkopen
Het smaakpalet verschilt
Zijn onze verschillen afleesbaar of hebben we te ondiep in het glaasje gekeken om veel te weten? Is de Apollinische ratio fijn of biedt Dionysus meer jouw festijn?

Een volle vrouw in het publiek van het theater,
dame van middelbare leeftijd die zich op een prettige manier met je bemoeit
zomergejurkt in bloemenavond –  vriendelijk maar kan slecht met emoties omgaan

Ze doet je mond een beetje
samentrekken van zure nasmaak tegenover
Maxima-le uitgesprokenheid
uit Zuid Amerikaans land
De dames hebben duidelijk de overhand
Een oma, de bloei van haar leven ging zo uit het raam, zoet en avontuurlijk
Een andere oma, die bitter waarheid kraakhelder schenkt

Zachte straf
van Blijker’s geroosterde vette vis aan het strand
Ik tilde hem in mijn hand
de zeester
proefde geen tong
maar een prikkelende vriendin die je soms de keel uithangt

Sssst hoor je de ster
die de zee bezong?

Foto en Copyright ROGER CREMERS

Groep 2, 22.00 uur

Geen basis in de wijn
de chemie bestaat uit vluchtigheid zoals wij zijn bedenkers en bedenksels tegelijk
we zeggen we zijn woordelijk als een ongerijmd refrein
oh jee ik bazel door
door de wijn
wals me vrij


Droge ceder citroenschil gedroogd suikervrij of iets vervangends mineraal
zeeïg zilte steen
bittere perzikpit
steenfruit
Appelfris zuur gras
Pas gemaaid?
Nee halfdroog met je neus voorover erin
Het loopt breed uit
de hoogte in als een kommetje
of een Joker lach
(het was alcoholvrij)

Afdronken van passie
Vruchten als citrus
Gedronken vóór het gerecht
zuur en peperig, maar eensgezind soepel
drinkt het weg
Misschien zelfs een viooltje
De Griekse goden kijken op je neer, goedgezind

Wat als het geen persoon is? Schrijf het niet af, prijs het aan
Is het vluchtig contact of blijft het bestaan?
De verrassing komt eruit
zacht van karakter
een algemeen palet van vriendschap

Een witte muur
met daarvoor een groot Russisch schrijver
Letterlijk groot, veel haar, veel baard, baardaardig,
Tjechov, Kersentuin, Fedja van Huêt, Karl Marx
Hij was het!
Mineralig, kleiig, droog met een zoetje

Of toch de bakker van Madeleines in klein Frans dorp?
Lange tafels met toetjes onder amandelbloesem
Hier is de latex ver te zoeken
Eerder volle room en vanillegeur
geruststellend zacht als Maxima
moederlijke tegenhanger van Wim Lex

Klein dikkig Frans mannetje
chillend in de zon
Hij spreekt geen andere taal
De woordendans
onbewuste manipulatie van Adidas

Een opa, op de foto voor de oorlog
Een andere opa, in uniform
streng kijken zoals dat toen ging
maar ook aardig verantwoord

Een vrolijk dik mannetje op kantoor
Type bot en onaantrekkelijk
Acceptatie en genegenheid komen met de jaren
Bedaren, dat is de kunst

Een huisarts met louter professionele interesse
Je hebt er wat aan
Even, dan is het weg

Anders dan een warme vakantie bij grootouders in Frankrijk
Het leek zoet tot dromen verdrongen worden door de bittere werkelijkheid
van fietsen langs dor gras
met verzuurde spieren en sfeer

Categories
Het Filosofisch Diner

Mag verschil er zijn?

Lonneke van Heugten schreef live een poëtische reflectie tijdens Het Filosofisch Diner van 5 april

Top zwaar

Waarderen van verschil in opleidingsniveau
Waard & eren
Waar deren we ons aan in deze discussie?
Want was je van stand met weinig verstand, dan kon je lekker een kwartje blijven.

Nu loopt het uit de hand.
Het is druk aan de bovenkant.
Er ligt druk op schouders
en overbezorgde ouders, de maatschappij topzwaar,
straks vallen we om
De schoolbanken zitten vol en de kroegen zijn leeg
en wie rijk is op Insta, is toch echt niet dom?
Terwijl kansen in scholing voor iedereen stegen, is waardering van talenten lager gebleven.
Minderwaardigheidsgevoelens lopen hoog op en de zorg lijdt er onder.
Het verheffen, krampachtig nagestreefd, heeft bepaalde intelligentie uit beroepen gezeefd.

We geloven in gelijk en negeren verschil, het lijkt onverschillig,
maar het doet ons toch veel.

“Vind je papa en mama allebei even lief?”
Het kindje antwoord: “Anders-even.”

Wat is jouw niveau?
In het Duits, vertelde een vent,
is voor ‘denkniveau’
geen equivalent.

Wat is nodig, op welk moment:
intelligentie, vaardigheden?
Wat maakt intelligentie een bepalende kwaliteit in indeling van mensheid?
Het leek zo gelijkwaardig, zelfs zachtaardig,
want meten is weten
en als het objectief getest kan worden zal het wel iets betekenen?
Maar de betekenis van ‘hoog’ en ‘laag’ loopt spaak.
Want: bevlogenheid, nieuwsgierigheid, interesse, passie, ze zijn geen bevlieging! Minder meetbaar, maar zo veel meer raak.

Het waarderen van kúnnen in plaats van denken (ook het kunnen denken is een kunnen), heft dat disbalans op?
Mogen we onszelf dat gunnen?

De zuilen zijn verbrokkeld,
veel obstakels verwaaid,
doorstroming bestaat
en denken in kansen is opgelaaid
Maar wat is die stroom?
Wie sluit ons aan
op dit mensbeeld
Wie helpt ons weer uit de droom?

Want we stijgen op ladders
tot in bubbels van gelijkgestemden
We stijgen en stijgen extremer,
verschillen ons verder,
afgepeld tot mening en diploma en wat dies nog meer zij
Tot we het mede-menselijk zíj́n,
zijn verleerd.

Ach de schaarste lost het op!
De wet van de markt
De boer rijk
De academicus arm
Ik weet, het is veel diffuser maar dit heeft z’n charm
En straks als AI het voor het zeggen heeft,
spreken we voor onszelf niet meer, is het klaar met dat overgewaardeer,
komt de waarde niet uit opleidingsbeleggen,
maar uit menselijke nabijheid,
weer.

Categories
Leestip

Kees Vuyk – Oude en nieuwe ongelijkheid

De beste bedoelingen hebben onvoorziene gevolgen. Een goed voorbeeld daarvan wordt geschetst door filosoof en psycholoog Kees Vuyk in zijn boek Oude en nieuwe ongelijkheid, waarmee hij in 2018 de Socratesbeker won. Om klassenverschillen op te heffen, is er in de afgelopen twee eeuwen en met name na het einde van de Tweede Wereldoorlog veel in het werk gezet om gelijke kansen te scheppen voor iedereen. Scholing stond daarin op nummer één.

Dit verheffingsideaal is grotendeels geslaagd, zegt Vuyk, want vrijwel iedereen die daartoe in staat is, kan tegenwoordig na het lager ook het voortgezet en beroeps- of universitair onderwijs doorlopen. Het heeft er echter ook toe geleid dat het diploma tegenwoordig bepalend is voor je carrièrepad en daarmee je kansen op welzijn en welvaart. Waar klassenverschillen dus zijn verdwenen, stelt Vuyk dat de nieuwe kloof loopt langs de intellectuele capaciteiten van het individu.

Intelligentie is normaal verdeeld, in de statistische betekenis van de uitdrukking: de grootste groep mensen heeft een gemiddeld IQ, een kleine groep scoort ondermaats en een even kleine groep juist daarboven. Aan dat gegeven verandert onderwijs weinig; mensen worden simpelweg niet intelligenter dan ze zijn. In een diplomademocratie betekent dat, dat het deel van de bevolking dat onder gemiddeld intelligent is, minder kans van slagen heeft, dan het andere deel – en daarmee dat de macht in handen ligt van de gediplomeerden (kijk maar naar de samenstelling van de Tweede Kamer).

Hieruit verklaart Vuyk de opkomst van de populistische partijen. De linkse politiek heeft haar belofte van verheffing niet waargemaakt en ontevreden en doorgaans minder geschoolde burgers richten zich op politici die hen wél gelijke kansen voorschotelen – of ze die nou waar kunnen maken of niet.

In feite is Vuyks prikkelende betoog (dat hier en daar wat ongemakkelijk leest) ook een oproep voor een nieuw verhaal ter linkerzijde van de politiek: als het verheffingsideaal niet heeft gewerkt, wat kan dan een nieuwe koers zijn om de kloof in de samenleving te dichten?

Tijdens het eerstvolgende Filosofische Diner op 5 april, heb je de kans om met Kees Vuyk in gesprek te gaan over zijn boek.

Kees Vuyk, Oude en nieuwe ongelijkheid. Klement.

 

Categories
Het Filosofisch Diner

Vechten voor democratie

Waarom zouden we vechten voor democratie? Ewoud Kieft wist het antwoord wel, tijdens Het Filosofisch Diner waar deze vraag centraal stond. Omdat democratie de beste staatsvorm is, die tot nu toe is bedacht. Een staatsvorm die recht doet aan de veelvuldigheid van stemmen waaruit de samenleving bestaat. En waarin we het bovendien niet met elkaar eens zijn.

Maar Ewoud maakt zich zorgen over de democratie, zo geeft hij aan. Het vertrouwen in de democratie verdwijnt en als we zoeken naar wat democratisch is, wijzen we bij voorkeur naar haar tegendeel, alleenheersers of autocraten. Frappant genoeg zijn dat ook juist degenen die graag benadrukken dat ze democratisch aan de macht zijn gekomen. Van Bolsonaro en Trump tot Poetin en Xi Jinping: allemaal hebben ze lak aan de liberale democratie, maar wijzen er graag op dat zo een meerderheid van stemmen zijn verkozen.

Zo bezien is de democratie heeft de democratie toch een sterkere aantrekkingskracht dan we vaak denken, beredeneert Ewoud. Alleen doen de alleenheersers de democratie geen recht; ze ontkennen het pluralisme en houden graag vast aan een sprookje over een specifiek doel waarvoor hun volk is uitverkoren.

En juist daarom moeten we vechten voor democratie. Om te laten zien dat ze geen onbereikbare fantasie vertegenwoordigt, maar juist een hele tastbare realiteit. Waarin geen harmonie wordt nagestreefd, maar waarin conflict een plaats krijgt. Zodat vechten geen handgemeen is, maar een politieke strijd, die op lange termijn zou moeten leiden tot een vreedzame samenleving.

Categories
Column Leestip

De gedoemde schrijver Dahl

Er is de afgelopen dagen bijzonder veel geschreven over de aanpassingen aan de originele teksten van Roald Dahl. Valt daar nog iets aan toe te voegen? Toch maar een poging, want zoals Theo Maassen aan de Volkskrant schreef: “En de mensen die gekwetst zijn omdat honderden passages uit de boeken van Roald Dahl verwijderd en herschreven zijn, wat doen we daarmee?”

De heksen is een van de engste boeken die ik ooit heb gelezen. Ik lag er bang van in mijn bed op vakantie in Spanje, toen ik zeven was. Gelukkig wist ik dat het niet echt was, ondanks de grote moeite die het boek deed om me van het tegendeel te overtuigen. Roald Dahl schrijft boeken die je bijzonder sterk meeslepen; als lezer word je er helemaal in opgezogen. Kom je daar dan beschadigd en getraumatiseerd uit, na de gruwelen die de ‘pesterige’ schrijver over je heeft uitgestort? Ik geloof het niet.

Dahls grote kracht is namelijk dat hij zijn lezer vrijwel altijd meeneemt in het perspectief van de held van het verhaal. Lees zijn werk en je  gaat mee in de denkwereld van Matilda, Charlie en de naamloze jongen uit De heksen. Hoewel zijn boeken bevolkt worden door gemene, wrede en nare karakters in een vaak ronduit grimmige wereld, kijk je als lezer door de ogen van een personage dat daarmee weet om te gaan.

Daarmee toont Roald Dahl volgens mij aan dat hij zijn publiek serieus neemt; hij gaat ervan uit dat wie hem leest, inlevend is, gevoel voor humor heeft en het spannend vindt om uitgedaagd te worden. En juist omdat hij zijn lezer op waarde schat, zoekt hij diens grenzen graag op. Goed en kwaad zijn in schrille contrasten opgetekend bij Dahl, maar ze lopen wel in elkaar over. Matilda is nogal wreed, de jongen uit de heksen aardig wraakzuchtig. Juist dat draagt bij aan de identificatie die je als lezer ervaart – kinderen zijn namelijk geen zoete heiligen.

Dat weet Roald Dahl bijzonder goed. Hij biedt het volledige morele spectrum en laat de lezer zelf bepalen op welk vlak daarvan die zich meer thuis voelt. Ik ben zelf (hoop ik toch) geen wreed of wraakzuchtig persoon geworden, terwijl ik zijn boeken verslond. Dit in tegenstelling tot zijn Engelse uitgever, die verwacht dat de lezer niet in staat is een oordeel te vellen en bij het minste of geringste het boek vol walging aan de kant zal leggen. Frappant genoeg ontwikkelt deze soap zich zo tot een verhaal zoals Roald Dahl het zelf had kunnen schrijven, met een leger kleinzielige pennenlikkers tegenover de moedige geest van een schrijver die zijn werk probeert te verdedigen. Ik zie de tekeningen van Quentin Blake er al bij.

Categories
Leestip

Ewoud Kieft – Vechten voor democratie

Bijna een jaar geleden viel Rusland Oekraïne binnen. De meeste Europese landen reageerden verbijsterd en boos; zo’n aanval op de democratie had men niet meer verwacht na de val van de Muur. Een gemeenschappelijke roep om de verdediging van de democratie zorgde voor een kort gevoel van saamhorigheid – de aanval op Oekraïne is een aanval op ons!

Voor Ewoud Kieft toonde deze uitbarsting van democratisch enthousiasme echter waar het in de democratie juist aan schort: een positief verhaal. Bijna altijd wordt de democratie gedefinieerd in termen van wat haar bedreigt en waarvoor we haar moeten beschermen: de Poetins en Trumps van de wereld. Maar een duurzame en weerbare democratie is veel meer gebaat bij een verhaal dat juist de kracht van deze staatsvorm benadrukt. Een verhaal dat bovendien niet slechts in tijden van crisis, maar ook in vreedzame tijden zijn werk doet.

Zo’n verhaal is hard nodig, betoogt Kieft, want het zijn precies de democratische leiders die in de afgelopen decennia het democratische bestel hebben uitgehold. Met voorbeelden uit het recente verleden en uit zijn eigen ervaring laat de schrijver zien hoe het vertrouwen in de democratie is afgebrokkeld. Tegelijk verkent hij daarmee ook de contouren van de democratie: waar haar grenzen liggen en hoe de vervreemde burgers er weer bij betrokken kunnen raken.

De kern daarvan ligt voor de verandering niet in een begrip als ‘verbinding’ maar in het tegenovergestelde. Volgens Kieft hebben we er veel meer aan om het conflict en een gezonde vorm van wantrouwen te accepteren. Een sterke democratie heeft immers de kracht om mensen van de meest uiteenlopende overtuigingen te laten samenleven zonder het per se eens te zijn.

Tijdens het eerstvolgende Filosofische Diner op 1 maart, heb je de kans om met Ewoud Kieft in gesprek te gaan over zijn boek.

Ewoud Kieft, Vechten voor democratie. De Bezige Bij.