Feminisme gaat over vrijheid en onafhankelijkheid. Het bepleit dat de vrouw haar eigen keuzes maakt in een praktijk die niet door mannen wordt gedomineerd. Dat inzicht deed ik op tijdens Het Filosofisch Diner van vorige week, dat thematisch vooruitliep op Internationale Vrouwendag, die vandaag wereldwijd gevierd wordt.
De Leidse filosofe Nathanja van den Heuvel liet zien dat in een wereld die we als bijzonder mannelijk kennen, die van het voetbal, vrouwen toch vrijheid ervaren. Ze worden er doorgaans streng langs een meetlat gelegd, krijgen zwaar onderbetaald ten opzichte van hun mannelijke medesporters en ontvangen lang zoveel erkenning niet; waarom al die offers voor een spelletje voetbal?
Precies omdat het een spelletje is, betoogde Van den Heuvel, gelden er andere waarden en regels dan in de echte wereld. Wat in de echte wereld belangrijk is – status, geld, gezondheid, sociale banden – speelt in de spelwereld geen rol. De offers voelen niet als offers; en op het moment dat vrouwen voetballen bevinden ze zich buiten het patriarchaat. Zelf vergeleek Van den Heuvel het treffend met haar ervaring van het voorgerecht dat ze net had gehad: een subliem kopje soep, dat zo fijn smaakte dat al het andere op de wereld er even niet meer toe deed.
Een interessante bevinding die op hele diverse terreinen geldigheid kan hebben. Niet alleen voor vrouwen, maar ook voor de queer community, mensen van kleur en zoveel andere groepen die vandaag de dag een emancipatiestrijd voeren. Is het ook een definitieve oplossing voor de stelselmatige onderdrukking of uitsluiting van bepaalde groepen? Dat niet, vermoed ik… maar wel een begin van verzet. Dus: vier Internationale Vrouwendag op speelse wijze!